Goed oud worden en anticiperen op zorg rond het levenseinde

Brenda Ott is geboeid door levensverhalen, het fenomeen veroudering en ze heeft een compassie voor kwetsbare ouderen en mensen in hun laatste levensfase. Ze is al jaren enthousiast over het concept Positieve Gezondheid van Machteld Huber. Brenda is huisarts en kaderarts ouderengeneeskunde en heeft een huisartsenpraktijk in Zeist. Het dagelijks werk in haar huisartsenpraktijk is dè plek waar ze inspiratie opdoet voor haar presentaties. Zowel regionaal als landelijk geeft ze advies over Proactieve Zorgplanning.

Na haar geneeskunde studie aan de Universiteit van Amsterdam in 1988 werkte Brenda anderhalf jaar in het ziekenhuis van Lelystad. In 1990 werkte ze voor Artsen zonder Grenzen in een vluchtelingenkamp in Uganda en vervolgens, na een vulkaanuitbarsting, op de Filippijnen. Daarna begon Brenda aan haar specialisatie tot huisarts. 

Tijdens de opleiding tot kaderarts ouderengeneeskunde (2010-2012) ontstaat bij Brenda interesse voor het onderwerp ‘Advance Care Planning’; inmiddels wordt het ook wel Proactieve Zorgplanning genoemd. Over dit onderwerp heeft ze gepubliceerd in medische tijdschriften, ze heeft veel interviews gegeven en ze schreef een hoofdstuk voor het boek: De dokter en de dood (uitgeverij Diagnosis, december 2014).

Brenda Ott heeft ruime ervaring in presenteren en vertelt zowel vanuit wetenschappelijk inhoudelijke basis als vanuit ervaringen in haar praktijk als huisarts. Vooral haar werk in de dagelijkse praktijk biedt mogelijkheden voor interactie met het publiek en het geven van voorbeelden en/of anekdotes. 

Brenda verzorgt lezingen over: 

• Advance Care Planning/Proactieve Zorgplanning
• Positieve Gezondheid met name in de context van ouderen en de laatste levensfase
• Goed oud worden

Lees haar interview in het tijdschrift voor medisch specialisten. 

Bekijk ook haar optreden in Buitenhof NPO1, maart 2020: ’Steeds meer ouderen laten hun huisarts weten: als ik het corona virus krijg wil ik niet naar een IC in het ziekenhuis. Is daar genoeg voor geregeld?’